Cluedo spelregels

Cluedo is een spannend moordmysteriespel waarbij de spelers in de huid kruipen van detectives om een misdaad op te lossen. Het doel is om te achterhalen wie de moord heeft gepleegd, met welk wapen en in welke kamer. Door systematisch verdachten, wapens en kamers te elimineren, probeer je als eerste speler de juiste combinatie te vinden en het mysterie op te lossen.

Doel van het spel

Het doel van Cluedo is om als eerste speler te achterhalen:

1. Wie de moord heeft gepleegd.
2. Met welk wapen de moord is gepleegd.
3. In welke kamer de moord heeft plaatsgevonden.

Spelmateriaal

• Spelbord: Het bord bestaat uit verschillende kamers in een groot landhuis.
• 6 speelfiguren: Deze vertegenwoordigen de verdachten (bijv. Kolonel Mustard, Professor Plum, Mevrouw Peacock, enz.).
• Verdachtekaarten, wapenkaarten en kamerkaarten: Deze kaarten bevatten de verdachten, wapens en kamers die een rol spelen in het spel.
• Wapenminiaturen: Deze kleine voorwerpen (zoals het touw, mes, pistool, enz.) worden op het bord gebruikt om de mogelijke moordwapens te vertegenwoordigen.
• Envelop: Voor het opbergen van de drie kaarten die de oplossing van de moord vormen.
• Notitieblok: Hiermee kunnen spelers tijdens het spel aantekeningen maken om verdachten, wapens en kamers uit te sluiten.
• Dobbelstenen: Worden gebruikt om te bepalen hoeveel stappen je mag zetten op het bord.

Voorbereiding

1. Verdelen van de kaarten:
   • De kaarten met verdachten, wapens en kamers worden gescheiden en goed geschud. Vervolgens wordt van elke stapel één kaart willekeurig getrokken en in de envelop gestopt zonder dat iemand deze kaarten ziet. Deze drie kaarten vormen samen de oplossing van het mysterie.
   • De resterende kaarten worden vervolgens door elkaar geschud en gelijkmatig verdeeld onder de spelers. Elke speler kijkt naar zijn of haar kaarten en markeert deze op het notitieblok, omdat deze verdachten, wapens of kamers niet meer de oplossing kunnen zijn.
2. Plaatsing van de speelstukken:
   • Plaats de speelfiguren op hun startlocaties op het bord. Deze startposities worden aangegeven op het bord en zijn gekoppeld aan elk van de zes verdachten.
3. Start van het spel:
   • Bepaal willekeurig wie de eerste speler is. De eerste speler gooit de dobbelstenen om te bepalen hoeveel stappen hij of zij mag zetten op het bord.

Spelverloop

1. Verplaatsen over het bord:
   • Elke speler gooit om de beurt de dobbelstenen en verplaatst hun speelstuk over het bord in de richting van een kamer. Je kunt je speelstuk in elke richting verplaatsen, maar je mag niet door muren lopen of in kamers stappen zonder door een deuropening te gaan.
   • Het doel is om zo snel mogelijk een kamer te bereiken, zodat je een beschuldiging kunt doen.
2. Beschuldiging doen:
   • Zodra je een kamer hebt bereikt, mag je een beschuldiging doen. Een beschuldiging bestaat uit drie onderdelen: een verdachte, een wapen en de kamer waarin je staat. Bijvoorbeeld: “Ik beschuldig Kolonel Mustard, met het mes, in de bibliotheek.”
   • Je beschuldigt altijd de kamer waarin je je op dat moment bevindt, dus je kunt geen kamer kiezen waar je nog niet bent geweest.
3. Tegenspelers weerleggen de beschuldiging:
   • Nadat je een beschuldiging hebt gedaan, begint de speler links van jou. Als deze speler een kaart heeft die overeenkomt met één van de drie elementen in jouw beschuldiging (verdachte, wapen of kamer), moet hij of zij je deze kaart in het geheim laten zien. Je bekijkt de kaart en noteert de informatie op je notitieblok.
   • Als de eerste speler geen kaart heeft die jouw beschuldiging kan weerleggen, gaat de beurt naar de volgende speler totdat iemand een kaart kan tonen die een onderdeel van jouw beschuldiging weerlegt. Als niemand je beschuldiging kan weerleggen, kan dit een sterke aanwijzing zijn dat je de juiste oplossing hebt.
4. Onderzoek voortzetten:
   • Elke speler gaat door met het verplaatsen over het bord en het doen van beschuldigingen in verschillende kamers. Het doel is om zoveel mogelijk informatie te verzamelen en andere spelers te dwingen kaarten te tonen, zodat je steeds meer verdachten, wapens en kamers kunt uitsluiten.
5. Eindbeschuldiging doen:
   • Als je denkt dat je de oplossing hebt gevonden, mag je op elk moment een eindbeschuldiging doen. Dit doe je door luidop te zeggen: “Ik beschuldig [verdachte], met [wapen], in [kamer].”
   • Nadat je de eindbeschuldiging hebt gedaan, mag je de drie kaarten in de envelop bekijken zonder dat de andere spelers deze zien.
   • Als jouw beschuldiging klopt, win je het spel.
   • Als je beschuldiging onjuist is, ben je uitgeschakeld en mag je de rest van het spel niet meer meedoen. Je moet de oplossing geheimhouden en de andere spelers kunnen verdergaan met hun onderzoek.

Speciale regels

• Verplaatsen door gangen: Op het bord bevinden zich geheime gangen die kamers met elkaar verbinden. Deze gangen kunnen je snel van de ene naar de andere kant van het bord brengen. Je mag deze gangen gebruiken als je in een kamer bent die er toegang toe heeft.
• Blokkeren van deuren: Er kan altijd maar één speler tegelijk in een deuropening staan. Als een speler een deur blokkeert, kan een andere speler niet door die deur gaan totdat de blokkade is opgeheven.
• Kamerkeuze: Je mag alleen een beschuldiging doen over de kamer waarin je je bevindt. Dit betekent dat je fysiek in die kamer moet zijn om die kamer als onderdeel van je beschuldiging te gebruiken.

Winnaar van het spel

De speler die als eerste een correcte eindbeschuldiging doet en de drie kaarten in de envelop correct raadt (verdachte, wapen en kamer) is de winnaar van Cluedo. Als de eindbeschuldiging fout is, blijft het spel doorgaan met de overige spelers totdat iemand de juiste combinatie vindt.

Cluedo spelregels video

Veelgestelde vragen over Cluedo